• Stakingsactie 27 juli: OVS zet door.

    De gesprekken tussen de Onafhankelijke Vakbond voor Spoorwegpersoneel  OVS en de directie in verband met de problematische verlofsituatie van het treinbegeleidingspersoneel, hebben gisteren niet geleid tot een doorbraak in dit dossier. De directie wou ons tot op zekere hoogte tegemoetkomen, maar verbond hier geen harde garanties aan.

    Volgende maatregelen werden uitgebreid besproken:

    Het opzetten van een wachtdienst voor buddies voor treinbegeleiders die tijdens hun dienst geconfronteerd worden met critical incidents zoals agressie of persoonsongevallen. We appreciëren de inspanningen die de directie op dit gebied wil leveren, maar benadrukken dat dit niet meer is dan een inhaalbeweging ten opzichte van het vaak schrijnend gebrek aan onmiddellijke opvang tegenwoordig, en dat deze maatregel geen enkele invloed heeft op de aangekaarte verlofproblematiek.

    De OVS lanceerde op een eerdere verzoeningsvergadering het idee van een zogenaamd “vlinderkader”. Een “vlinder” is een treinbegeleider die, louter op vrijwillige basis en tegen vergoeding, uitermate flexibel opgesteld kan worden in verschillende standplaatsen in functie van eventuele personeelstekorten, bijvoorbeeld door ziekte of deeltijds werken. Voor OVS dient dit vlinderkader een contingent te zijn bovenop het normale treinbegeleidingskader. Op momenten dat ‘vlinders’ niet als vlinder worden ingezet, kunnen ze opgesteld worden als bijvoorbeeld controlebediende. De directie staat open voor de oprichting van dat kader, waarvoor de specifieke tewerkstellingsmodaliteiten nog moeten worden uitgewerkt, maar niet als extra contingent bovenop het voorziene kader.

    De centrale eis van OVS betrof het verplicht moeten kunnen toekennen van verlof aan minstens 15% van het voorziene kader in elke standplaats, en dit op elk ogenblik en ongeacht de omstandigheden. Afwezigheden zoals rust- en compensatiedagen, ziekte of vormen van (al dan niet thematische) deeltijdse arbeid mogen dus niet worden meegeteld voor het berekenen van deze ondergrens.

     Vanuit deze eis werd door de directie het engagement geuit om deze maatregel gefaseerd in te voeren. Een eerste voorstel ging uit van 13% begin december, 14% bij de aanvang van de paasvakantie 2020 en 15% bij de zomervakantie 2020. Dit engagement werd later bijgesteld tot 15% bij aanvang van de paasvakantie 2020, dit gecombineerd met een verhoging van het aandeel deeltijdse arbeid van 10% van het kader nu, tot 12% in december.

    Voor OVS is deze gefaseerde uitrol, zonder enige garantie dat de doelstellingen effectief bereikt zullen worden, te weinig ambitieus.  Wij hebben de directie er herhaaldelijk op gewezen dat we geen onredelijke eisen stellen, enkel dat een basisrecht van het personeel wordt gerespecteerd. Het is onaanvaardbaar dat zelfs nu nog treinbegeleiders hun verlof in extremis wordt ingetrokken, dat men pas de dag voordien enige zekerheid heeft of dat men tijdens een meerdaagse afwezigheid geacht wordt elke dag contact op te nemen met de diensttabel om na te gaan of men al dan niet ingepland werd.

    De OVS kan tot op zekere hoogte begrip opbrengen voor een aantal door de directie opgeworpen praktische bezwaren die de onmiddellijke implementatie van de gevraagde maatregelen bemoeilijken. De OVS heeft een ultiem tegenvoorstel geformuleerd dat uitging van 15% gegarandeerd verlof in alle omstandigheden in alle standplaatsen uiterlijk in december, en dit gecombineerd met een gefaseerde uitrol van het nieuwe vervoersplan.

    Deze gefaseerde uitrol van het vervoersplan vormt voor ons de garantie dat het treinbegeleidingspersoneel niet alweer kind van de rekening wordt als de aanwerveringsdoelstellingen niet gehaald worden. In ons voorstel zou in een eerste fase van het vervoersplan het treinaanbod uitgaan van het aantal beschikbare treinbegeleiders in december, waaraan later treinen kunnen worden toegevoegd in functie van een eventuele nieuwe instroom aan treinbegeleiders. Hiermee raakten we echter een heilig huisje voor de directie.

    De OVS vindt zich niet terug in kritiek omtrent ‘opgevoerde negativiteit op de sociale media’ vanwege een andere syndicale organisatie, die nu wel gesteund door de druk van de stakingsactie van OVS aan de onderhandelingstafel kan plaatsnemen. In tegendeel, wij menen ons in dit verhaal sereen, correct en uitermate constructief te hebben opgesteld, en dit zonder de belangen van het treinbegeleidingspersoneel en onze leden uit het oog te hebben verloren. Een zoveelste dossier gebasseerd op louter engagementen zonder harde garanties, is gezien de huidige situatie op geen enkele manier verdedigbaar naar de mensen die nu keer op keer hun verlofplannen in het water zien vallen.

    Tenslotte benadrukt de OVS dat, in tegenstelling tot bepaalde insinuaties door een erkende syndicale organisatie, in dit dossier -en talrijke vorige dossiers- wel degelijk de hand naar de andere partijen werd uitgestoken om het probleem samen in gemeenschappelijk front aan te pakken. Een antwoord bleef tot op heden uit, maar de hand blijft ondanks alles uitgestoken.

  • Gastbijdrage: Het is niet al kommer en kwel.

    Personeelsgebrek aankaarten is voor een vakbond geen evidente zaak. Enerzijds kunnen en mogen we niet doof zijn voor de roep van de werkvloer, die terecht vindt dat problemen zoals verlof dat niet kan worden toegekend, een verhoogde werkdruk en een veel te hoge psychosociale belasting moeten worden aangekaart. Anderzijds moeten we steeds voor ogen houden dat net door het aankaarten van een personeelsgebrek bij de buitenwereld de perceptie kan ontstaan dat het niet goed werken is bij een bedrijf, zeker bij een bedrijf dat zo in de maatschappelijke kijker loopt als de NMBS, wat een invloed kan hebben op eventuele aanwervingscampagnes die juist tot doel hadden het personeelsgebrek aan te pakken.

    We denken dat we binnen OVS en in onze communicatie met pers en buitenwereld steeds zeer sereen en correct deze dunne lijn hebben bewandeld. We beseffen echter ook dat de berichten over agressie en personeelsgebrek die met de regelmaat van de klok in de media verschijnen, een afknapper kunnen zijn voor mensen die aan de slag willen als treinbegeleider.

    Eén van onze leden schreef een gastbijdrage over waarom hij zijn beroep, ondanks alles, nog steeds met veel plezier en trots uitoefent. Een bijdrage die we maar al te graag publiceren, want ze verwoordt perfect wat leeft bij de overgrote meerderheid van de treinbegeleiders.

    “Nu bijna tien jaar geleden besloot ik mijn leven een nieuwe wending te geven. Ik gaf mijn job in de verkoop op, en werd treinbegeleider. Een beslissing die ik me sindsdien nog geen dag beklaagd heb.

     Akkoord, door personeelsgebrek is de verlofsituatie momenteel verre van optimaal. En ja, je komt als treinbegeleider vaak in contact met mensen die zich onbeschoft of soms zelfs agressief opstellen. Maar toch zijn de meeste van mijn collega’s zeer gedreven mensen die hun beroep met passie, plezier en fierheid uitoefenen. Niet verbazend, want er zijn dan ook tal van voordelen aan ons beroep verbonden.

    Eentonigheid kennen we niet als treinbegeleider, geen twee dagen zijn hetzelfde. Elke dag weer kom je met andere reizigers en collega’s in contact, meestal op een positieve manier. Er ontstaan dan ook regelmatig hechte vriendschapsbanden, zowel met collega’s als met regelmatige reizigers.

    Je voert daarbij een job uit met veel verantwoordelijkheid. Samen met de machinist ben je immers baas in eigen trein, en ben je mee verantwoordelijk voor de veiligheid aan boord. Vaak moet je dan ook nog eens probleemoplossend en klantgericht denken omdat lang niet alle situaties beschreven staan in de reglementering.

    De wisselende uren, gecombineerd met zeer vroege en/of zeer late diensten zijn soms zwaar, maar brengen ook veel voordelen met zich mee. Ik doe boodschappen in een bijna lege supermarkt, en kan meestal de kinderen naar school doen of gaan halen. Je wordt zelden of nooit geconfronteerd met files of verkeersdrukte, en na verloop van tijd kun je meestal terecht in een depot dicht bij je woonplaats. Vaak ben je ook gewoon in de week één of meerdere dagen thuis.

    Treinbegeleiders worden, zeker gezien het vereiste opleidingsniveau om aan de toelatingsproeven te mogen deelnemen, op een zeer correcte manier verloond voor hun werk. Met enkele jaren anciënniteit zal je, premies inbegrepen, zelden of nooit minder dan 2000€ netto per maand verdienen. Je wedde is daarenboven gekoppeld aan een barema, waardoor je in de loop van je loopbaan op regelmatige tijdstippen meer zult gaan verdienen. Een garantie die je niet bij veel werkgevers hebt.

    Tenslotte geniet je als personeelslid van de NMBS over aanzienlijke verkeersvoordelen. Je krijgt zelf een vrijkaart waarmee je gratis de trein kan nemen doorheen de Benelux. Voor je gezinsleden krijg je coupons waarmee ze hetzelfde kunnen doen, in eerste klasse. Op tal van andere Europese spoornetten krijg je aanzienlijke kortingen, of zelfs vrijbiljetten.

    Er wordt momenteel een doorgedreven aanwervingscampagne gevoerd die het personeelstekort hopelijk binnen niet al te lange termijn oplost. Dat is echter maar de helft van het verhaal. OVS ijvert nu voor een garantie op verlof, die meer zekerheid geeft en de job voor mij en mijn collega’s nog aantrekkelijker zal maken. Kortom, ambieer je een carrièreswitch, wil je werken als treinbegeleider, laat je dan niet teveel afschrikken door de negatieve berichtgeving, en zet de stap!”

  • Stakingsaanzegging personeelstekorten treinbegeleiding.

    Op 03/07/2019 activeerde de Onafhankelijke Vakbond voor Spoorwegpersoneel de alarmbelprocedure met betrekking tot de problematische verlofsituatie van het treinbegeleidingspersoneel en de sterk verhoogde psychosociale belasting die hieruit voortvloeit.

    Op de verzoeningsgesprekken die hierop volgden werd geen consensus bereikt over de te nemen maatregelen om aan deze problematiek te verhelpen. De directie wil zich enkel engageren tot een doorgedreven aanwervingscampagne, de maximale inzet van omkadering en instructie op de treinen, en de belofte dat er bij het opstellen van een toekomstig vervoersplan rekening zou worden gehouden met het beschikbare kader.

    Voor de OVS gaan deze engagementen niet ver genoeg. De problematiek is al lang en genoegzaam bekend en vereist onmiddellijke maatregelen, geen engagementen, geen studies, geen verdere besprekingen in comités.

    De OVS eist enerzijds onmiddellijke ingrepen die de psychosociale belasting doen afnemen, en anderzijds dat de nodige garanties gegeven worden dat in de toekomst, ongeacht de omstandigheden, in elke treinbegeleidingsdepot gegarandeerd aan minstens 15 procent van het voorziene kader gelijktijdig verlof kan worden toegekend.

    Aangezien de directie niet aan deze eisen wou tegemoetkomen, heeft de OVS een stakingsaanzegging neergelegd voor alle treinbegeleiders, hun omkadering en hun instructie. Deze aanzegging dekt de periode van 27/07/2019 03u00 tot 28/07/2019 03u00, en is de eerste stap in een actieplan dat verdere actiedagen omvat.

    De bal ligt nu in het kamp van de directie. Wij staan klaar om onze verantwoordelijkheid te nemen, maar hopen nog steeds dat een doorbraak kan worden geforceerd die de actie overbodig maakt.

  • We zouden in 2018 financieel beloond worden voor de inspanningen van het afgelopen protocolakkoord!

    Herinnert u zich de vorige protocolonderhandelingen nog? En de spontane acties van 2016? Misschien hebt u toen, onterecht, een zware vermaning opgelopen en een boete? Wel, rond die periode richtten de toenmalige CEO’s van de NMBS, Infrabel en HR-RAIL een schrijven aan het personeel. Wij willen graag nog eens herinneren aan deze brief, met name de korte paragraaf bovenaan bladzijde 3. (download pdf onderaan voor betere weergave).

    Er wordt door de verschillende directies in het protocolakkoord een duidelijk engagement aangegaan om het personeel vanaf 2018 financieel mee te laten genieten van de verhoogde productiviteit als de vooropgestelde productiviteitsverhogende maatregelen uitgevoerd worden en succesvol zijn.

    Voor zover wij kunnen nagaan werden alle productiviteitsverhogende maatregelen opgenomen in het protocol van sociaal akkoord van 2015 doorgevoerd. Het personeel werkt meer en langer, zonder dat daar een financiële compensatie tegenover stond. Deze was immers beloofd voor 2018.

    In 2018 werd geen nieuw sociaal akkoord onderhandeld, en werd het personeel dus ook niet financieel gecompenseerd voor de geleverde inspanningen. Medio 2019 worden er wel onderhandelingen gevoerd over een nieuw protocol. De OVS zit niet mee aan de onderhandelingstafel, maar de nota’s die ons via andere organisaties bereiken geven een goed beeld van de sfeer waarin de gesprekken verlopen. Ongeacht eerder aangegane engagementen slaat de directie een heel andere toon aan dan in 2015. Er is geen budget voor een koopkrachtverhoging. Een eventuele loonsverhoging moet door het personeel zelf bekostigd worden, door alweer een productiviteitsverhoging. Pistes die hiervoor bekeken worden, zijn het invoeren van de 38-urenweek, wat de facto het afschaffen van de kredietdagen betekent, of het schrappen van feestdagen.

    Ondertussen staat bij zowat alle uitvoerende diensten het water tot aan de lippen. Uit de grote welzijnsenquête blijkt dat bij een groot deel van het personeel de werk-privébalans totaal in de verkeerde richting doorslaat. De boodschap bij de presentatie van de resultaten van deze enquête was dat men deze keer in de Frankrijkstraat en het Atrium echt wel begrepen had dat er iets moet gebeuren, dat het zo niet verder kan.

    Desondanks wil de directie dus blijkbaar op hetzelfde elan verdergaan als in 2015. Besparen op de kap van het personeel. Het lijkt erop dat de belofte van het financieel doen meegenieten maar een zoethoudertje was, een loze belofte om de sociale rust te doen weerkeren, een belofte waarvan men hoopte dat ze in 2018 vergeten zou zijn. Niet dus.

    Voor de OVS is dit onaanvaardbaar. Wij zitten niet mee aan de onderhandelingstafel voor een nieuw protocol van sociaal akkoord, maar zullen blijven eisen dat de beloftes uit 2015 nagekomen worden! We hopen dat de partijen die wel rond de tafel uitgenodigd zijn, de directie herinneren aan hun sterk engagement!

  • Personeelstekort Treinbegeleiding, OVS start alarmbelprocedure

    Aan De Heer P. Hautekiet
    Frankrijkstraat 85 
    1060 Brussel 

    Mevrouw S. Dutordoir
    Atriumgebouw
    Hallepoortlaan 40
    1060 Brussel

    PER AANGETEKENDE EN GEWONE POST

    Betreft: Activatie alarmbelprocedure

    Brussel, 03 juli 2019

    Mijnheer de algemeen directeur,

    Mevrouw de CEO,

    Al geruime tijd kampt het treinbegeleidingskader met aanzienlijke personeelstekorten. Dit resulteert in een sterk verhoogde psychosociale belasting en een dramatische verlofsituatie.

    Het is voor het treinbegeleidingspersoneel momenteel nagenoeg onmogelijk om verlof te krijgen. Bovendien is er vaak pas daags voordien zekerheid of een gevraagde verlofdag al dan niet wordt toegekend, wat plannen of afspraken maken onmogelijk maakt, en worden regelmatig reeds toegekende dagen ingetrokken. Op de wettelijk gewaarborgde vormen van loopbaanonderbreking zoals ouderschaps- of zorgverlof na, is deeltijds werken quasi onmogelijk.

    Eén en ander leidt tot problematische thuissituaties, een verhoogd ziekteverzuim en burn-outs, waardoor de druk op het overblijvend personeel nog verder toeneemt. Veel treinbegeleiders verlaten dan ook het bedrijf, of overwegen dit te doen.

    De verlof- en aanwervingsproblematiek werd bij tal van gelegenheden en op diverse niveaus aangekaart, inbegrepen maar niet beperkt tot regelmatige interventies in de CPBW’s en GPC’s van verschillende districten en gewesten, een schrijven gericht aan CEO mevr. Dutordoir dd. 28 augustus 2018 en het spoedoverleg dat op 19 juni 2019 in district NW werd georganiseerd naar aanleiding van de commotie omtrent de extra treinen die ingelegd worden naar diverse evenementen.

    Op 16 mei 2019 trok een delegatie treinbegeleiders en verkozen militanten uit de CPBW’s en GPC’s naar Brussel om persoonlijk hun grieven aan de directie kenbaar te maken. Ze werden niet ontvangen, maar opgewacht door veiligheidsagenten van Securail.

    Gezien het groeiend ongenoegen bij het personeel over deze situatie en het klaarblijkelijk onvermogen van de directie om een passend antwoord te bieden op deze problematiek, verzoeken we u krachtens de bepalingen van ARPS Bundel 548, Deel VI Hoofdstuk X, art. 176, de alarmbelprocedure in werking te laten treden.

    In afwachting van een persoonlijk onderhoud over deze kwestie, tekenen we met de meeste hoogachting.

    Hoogachtend,

    Voor OVS

  • Tussenkomst OVS inzake overgangsmaatregel “Bachelor naar Eerste Treinbegeleider”

    De OVS kwam tussen op directieniveau naar aanleiding van verschillende klachten en bedenkingen van onze leden over het overgangsexamen Eerste Treinbegeleider voor houders van een bachelordiploma.

    “Brussel, 5 juli 2019

    Geachte heer Kerckaert,

    Geachte heer De Block,

    Sedert enige tijd worden houders van een bachelordiploma onmiddellijk als eerste treinbegeleider aangeworven. Voor de huidige treinbegeleiders in het bezit van een bachelordiploma werd voorzien in een overgangsmaatregel die toeliet om na een interne proef eveneens de rang van eerste treinbegeleider te bekomen. Hoewel deze proef werd voorgesteld als een louter formaliteit, enkel met het oog op het normaliseren van de nieuwe toestand die ontstaan is door het rechtstreeks aanwerven van eerste treinbegeleiders, vernemen wij toch dat verschillende personen niet geslaagd blijken voor deze proef.

    Eén en ander werpt de nodige vragen op, aangezien het hier vaak collega’s met een jarenlange staat van dienst betreft die ongeacht hun ervaring, vanuit het oogpunt van de NMBS, geen aanspraak kunnen maken op de hogere rang die nieuw aangeworven personeelsleden onmiddellijk in de schoot geworpen krijgen. Daarenboven werd op geen enkel ogenblik een te kennen curriculum of parameters waaraan de kandidaten dienen te voldoen om te slagen gecommuniceerd, zodat zeker de eerste deelnemers totaal onvoorbereid aan de proef moesten deelnemen.

    Tevens werden wij op de hoogte gesteld van een aantal misstanden, zoals een treinbegeleider die twee dagen voor zijn proef te horen krijgt dat hij niet kan deelnemen omdat zijn buitenlands bachelordiploma eerst in België gehomologeerd dient te worden, of collega’s die zich omwille van afwezigheid niet tijdig voor de proef konden aanmelden. Ook laat de huidige regeling, met slechts een éénmalige proef, niet toe dat personeelsleden die in de toekomst een bachelordiploma behalen, bijvoorbeeld in avond- of thuisonderwijs, op deze basis de graad van eerste treinbegeleider kunnen bekomen.

    Het spreekt voor zich dat deze situatie van verschillende verloningen voor hetzelfde werk, enkel gebaseerd op een diploma en niet op anciënniteit of relevante ervaring, gecombineerd met een vermoeden van een zekere willekeur omtrent het al dan niet slagen voor voornoemde proef, voor heel wat wrevel en onbegrip zorgt op de werkvloer.

    Enerzijds blijkt deze maatregel slechts een zeer beperkt aantal nieuwe kandidaat-treinbegeleiders op te leveren. Anderzijds vrezen we dat de ontevredenheid erover, en de manier waarop deze werd geïmplementeerd, voor veel treinbegeleiders de spreekwoordelijke druppel in de reeds overvolle emmer vormt en aanleiding zou kunnen zijn om andere professionele oorden op te zoeken. Hierdoor zou het ons niet verbazen dat het uiteindelijke resultaat van deze maatregel op het treinbegeleidingskader negatief zou kunnen blijken.

    Wij dringen dan ook aan op enige reflectie hieromtrent, en pleiten er ook voor om de graad van eerste treinbegeleider makkelijker toegankelijk te maken voor het huidig kader, ongeacht het opleidingsniveau.

    Hoogachtend, “

  • Extra festivaltreinen: met welk personeel?

    Gisteren kondigde de NMBS aan dit jaar niet minder dan 76 extra treinen in te leggen naar de zomerfestivals. Speciaal hiervoor wordt zelfs een treinstel in een nieuw jasje gestoken. Wat het persbericht niet vermelde, was welk personeel deze treinen, samen met alle andere extra treinen die deze zomer gewoontegetrouw naar de kust en andere evenementen zullen worden ingelegd, zal moeten verzekeren.

    Zowat alle operationele diensten binnen de NMBS worden getroffen door personeelstekorten, maar vooral de treinbegeleiders staat het water tot aan de lippen. Vrije dagen worden maar mondjesmaat toegekend, en vaak weet men pas daags voordien of een vrije dag werd goedgekeurd, of een reeds goedgekeurde dag niet werd ingetrokken. Plannen maken is dus onmogelijk. Op de gewaarborgde vormen van loopbaanonderbreking zoals ouderschaps- of zorgverlof na is het nagenoeg onmogelijk om deeltijds te werken.

    Eén en ander leidt vanzelfsprekend tot problematische thuissituaties, een verhoogd ziekteverzuim en burn-outs, waardoor de druk op het overblijvend personeel verder toeneemt en de neerwaartse spiraal nog sneller gaat draaien. Meer en meer treinbegeleiders verlaten het bedrijf, of overwegen dit sterk.

    Deze situatie werd reeds meermaals aangekaart op alle niveaus, maar de directie lijkt doof voor de alarmsignalen. Dat net op een moment dat het huidige personeelskader nog nauwelijks volstaat voor het verzekeren van het reguliere treinaanbod een groot aantal extra treinen naar festivals worden aangekondigd, is een kaakslag voor het personeel dat hierdoor wellicht deze zomer nauwelijks thuis zal zijn en zelf amper kans heeft om naar deze festivals te trekken.

    De NMBS speelt als publieke dienstverlener een sleutelrol in het streven naar een duurzame mobiliteit, en het inleggen van extra treinen kadert dan ook perfect in de maatschappelijke rol van de spoorwegmaatschappij. Het is echter onaanvaardbaar dat dit gaat ten koste van de rechten van het NMBS-personeel. Het aantal vervoerde reizigers is op grofweg vijftien jaar met de helft gestegen, terwijl het personeelsbestand met een kwart is ingekrompen.

    Alle beloften ten spijt lijkt het erop dat ook dit jaar het aantal voorziene aanwervingen niet gehaald zal worden. De Onafhankelijke Vakbond voor het Spoorpersoneel zal dan ook de personeelstekorten op alle niveaus blijven aanvechten, en sluit in de toekomst hardere acties niet uit.

  • Herwaardering treinbestuurders: Stand van zaken?

    Juli vorig jaar werd besloten tot een herwaardering van het besturingspersoneel. De omstandigheden waaronder deze ‘herwaardering’ tot stand kwam, zijn ondertussen welbekend.

    De productiviteitsverhogende maatregelen die de directie vooropstelde als voorwaarde voor de ‘herwaardering’ vonden onmiddellijk ingang, maar wat betreft de humanisering van het werk en de maatregelen op kwalitatief vlak werden niet meer dan enkele engagementen uitgesproken.

    Ondanks het principe-akkoord hieromtrent met de directie, kunnen we ons niet van de indruk ontdoen dat deze engagementen op de lange baan geschoven worden. We vroegen dhr. Windmolders, general manager, om een gedetailleerde stand van zaken.

    Mijnheer de general manager,

    Medio vorig jaar werd op de Nationale Paritaire Commissie besloten tot een herwaardering van het besturingspersoneel. De modaliteiten van deze herwaardering werden naar het betrokken personeel gecommuniceerd in orderboekbericht OB5-18009-B-TR.

    Deze ‘herwaardering’ werd -en wordt nog steeds- niet gepercipieerd als een herwaardering door een grote meerderheid van het besturingspersoneel. Veel bestuurders stellen dat het financiële luik bitter weinig voorstelt voor hen, en dat er van alle maatregelen met betrekking tot het kwalitatieve luik tot nu toe weinig in huis is gekomen.

    Om een stand van zaken te kunnen opmaken, hadden we u graag volgende vragen voorgelegd:

    Met betrekking tot de financiële maatregelen:

    • De tabel onder punt 6.6.1 van OB5-18009-B-TR visualiseert het maandelijks verschil in premie tussen het oude en het nieuwe premiesysteem voor het besturingskader. Werd bij deze rekenoefening rekening gehouden met de effectieve lijn- en materiaalkennis van elke bestuurder, of werd uitgegaan van de standaardkennis van de reeks waarin een bestuurder zich bevond?
    • De treinbestuurders die met het nieuwe premiesysteem minder productiviteitspremies zouden ontvangen, blijven het uurbedrag van voor juni 2018 behouden zolang ze niet van reeks veranderen. Hoeveel bestuurders vallen momenteel onder deze uitzonderingsregeling?

    Alsook, bericht 82 H-HR 2018 omtrent de productiviteitspremies van het besturingssysteem legt onder punt 3. Vast dat dit gewaarborgd uurbedrag niet zal worden geïndexeerd. Het op de Nationale Paritaire Commissie goedgekeurd document dat besproken wordt in OB5-18009-B-TR maakt op geen enkele manier gewag van deze niet-indexering, die voor het getroffen personeel een extra financieel verlies betekent. Op welke basis werd besloten tot deze niet-indexatie?

    • Er werd de treinbestuurders een premie voor eco-driving onder de vorm van ecocheques voorgehouden. Wat is de status van dit programma, dat onder meer de installatie van verbruiksmeters op verschillende materiaaltypes veronderstelt? Vanaf wanneer zal het besturingspersoneel ecocheques ontvangen, en met welke nominale waarde?

    Met betrekking tot de maatregelen op kwalitatief vlak:

    • Welke bestuurdersdepots werden reeds gerenoveerd en/of voorzien van een eigentijdse uitrusting? Welke depots zullen nog worden aangepakt, en op welke termijn?
    • Werd er reeds een nieuw raamcontract afgesloten m.b.t. de levering van degelijke trolleys en rugzakken? Zo ja, met welke firma, en welke modellen trolley of rugzak zullen kunnen worden besteld?
    • Werd er reeds een raamcontract afgesloten m.b.t. de levering van parka’s? Zo ja, wanneer zal dit raamcontract in werking treden? Welk model parka zal besteld kunnen worden en hoeveel zal de persoonlijke bijdrage hiervoor bedragen?
    • Men is op dit ogenblik volop bezig met het uitrollen van tablets naar de treinbestuurders. Technisch is het toestel een stap vooruit ten opzichte van de IDA, maar softwarematig is er op dit ogenblik weinig tot geen toegevoegde waarde. Welke applicaties die voor de treinbestuurder een meerwaarde zullen vormen bij de uitvoering van het werk zijn in ontwikkeling, en wanneer zullen deze worden uitgerold?

    Met betrekking tot het engagement van de NMBS met betrekking tot toekomstige evoluties:

    • Hoewel OB5-18009-B-TR stelt dat we de eerste resultaten aangaande de transitie van een driejaarlijkse ondervraging naar een systeem van permanente evaluatie mogen verwachten voor 1 oktober 2018, hebben we geen weet van concrete maatregelen die in deze context werden genomen. Welke concrete maatregelen mogen we op dit gebied verwachten, en op welke termijn?
    • Er zou worden voorzien in preventieve maatregelen om te vermijden dat treinbestuurders medisch of professioneel ongeschikt worden, zoals 4/5e en aangepaste dienstroosters en het inzetten van oudere bestuurders in functie van een maximale kennisoverdracht aan minder ervaren bestuurders. Een eerste resultaat van de werkgroep mocht verwacht worden vóór december 2018. Tot welke concrete resultaten heeft deze werkgroep tot op heden geleid?
    • Welke stappen werden reeds ondernomen m.b.t. de vereenvoudiging en/of leesbaarheid van de reglementering? De wijzigingen aan de HLT die sinds de herwaardering werden doorgevoerd, waren helaas een schoolvoorbeeld van hoe het niet moet.

    Alsook, werd reeds een zogenaamd ‘dreamteam’ opgericht uit gespecialiseerd instructiepersoneel en gewone treinbestuurders? Zo ja, met welke frequentie komt dit dreamteam samen, welke aanbevelingen werden reeds geformuleerd en op basis van welke criteria werden de leden van dit team -zowel instructie als treinbestuurders- geselecteerd?

    • Aangaande de evolutie van een straffende naar een lerende cultuur, merken we dat sommige leidinggevenden een zekere mate van creativiteit aan de dag leggen bij de interpretatie van bundels en soms obscure berichten om te kunnen sanctioneren zonder terug te moeten vallen op boetes of het tuchtreglement. Deze evolutie gaat naar onze mening volledig tegen de geest van de herwaardering in.

    Voor verdere toelichting staan wij steeds ter uwer beschikking.

    In afwachting van uw reactie, verblijven wij.

    Hoogachtend,

  • Einde van de naambadge

    Afgelopen jaar was er heel wat te doen omtrent de naambadges die onder meer treinbegeleiders zouden moeten dragen om zich kenbaar te maken bij het uitschrijven van administratieve sancties. Wij hebben dit meteen aangekaart aangezien aan de hand van de gegevens op deze badge vaak eenvoudig de volledige identiteit en zelfs het adres van een sanctionerende ambtenaar te achterhalen valt, waardoor het risico op agressie zich uitbreidt naar de privésfeer.

    Via een spoedprocedure in de kamer zal de bewuste wet gewijzigd worden in de zin dat een vaststellende ambtenaar niet meer bij naam identificeerbaar moet zijn. Het spreekt voor zich dat we deze ontwikkeling enkel maar kunnen toejuichen. We hebben sinds de nu geviseerde wet in voege getreden is, immers melding gekregen van verschillende incidenten waarbij bedreigingen en beledigingen werden geuit tegen het treinbegeleidingspersoneel via de sociale media.

    We hebben al verschillende bonden de pluimen voor deze evolutie in dit dossier op hun hoed zien steken. De OVS weigert mee te doen aan dit opbod. Zowat alle vakorganisaties die de betrokken personeelscategorieën vertegenwoordigen, zijn in dit dossier op verschillende manieren en op verschillende niveau’s bij diverse instanties tussengekomen, en we nemen aan dat ook de NMBS zelf haar gewicht achter dit dossier gegooid heeft. We nemen dan ook aan dat de gezamenlijke inspanning heeft geleid tot het beoogde resultaat, en nemen dit dossier als voorbeeld van wat bereikt kan worden als alle vakorganisaties zouden samenwerken in plaats van zich keer op keer tegen elkaar te laten uitspelen door directie en regering.

  • De Medische Ongeschiktheid

    De reglementering omtrent de medische ongeschiktheid werd grondig gewijzigd door bericht 45 H-HR 2018. Hieronder volgt een samenvatting van de nieuwe richtlijnen.

    Wat is medische ongeschiktheid?
    Een werknemer die om gezondheidsredenen zijn normale functie niet meer kan uitoefenen, is medisch ongeschikt. Deze ongeschiktheid kan geheel of gedeeltelijk zijn, en zowel een tijdelijk als een definitief karakter hebben.

    Op wie zijn deze regels van toepassing?
    De reglementering inzake medische ongeschiktheid en persoonlijke begeleiding is van toepassing op alle geregulariseerde statutaire werknemers die medisch ongeschikt zijn verklaard, maar waarvan de gezondheidstoestand hen nog steeds toestaat om voor de spoorwegen te werken. Niet-statutaire werknemers zijn onderworpen aan de wettelijke bepalingen.

    Definities:
    VOLLEDIGE ONGESCHIKTHEID: Een personeelslid dat niet meer in staat is al zijn normale functies uit te oefenen, is volledig ongeschikt. Dit kan tijdelijk of definitief zijn. Als deze toestand definitief is, leidt de volledige ongeschiktheid tot een verandering van rang.

    GEDEELTELIJKE ONGESCHIKTHEID: Een gedeeltelijk ongeschikt personeelslid kan een deel van de taken van zijn of haar normale functie niet meer uitvoeren door beperkingen die door de medische dienst van HR Rail werden gedefinieerd. Een gedeeltelijk ongeschikt personeelslid kan zijn rang behouden mits aangepast werk of op een andere post (eventueel in een andere werkzetel).

    TIJDELIJKE ONGESCHIKTHEID: De tijdelijke ongeschiktheid is beperkt in tijd. Op basis van het advies van de medische dienst van HR Rail kan de medewerker zijn of haar normale werkzaamheden hernemen. De tijdelijke ongeschiktheid kent een maximumduur van 6 maanden.

    DEFINITIEVE ONGESCHIKTHEID: De definitieve ongeschiktheid laat het betrokken personeelslid niet toe zijn of haar normale werkzaamheden te hervatten.

    WEDERBENUTTIGING: De periode van tewerkstelling van het personeelslid dat ongeschikt is omwille van gezondheidsredenen totdat hij of zij:
    •  de normale functie weer kan opnemen in geval van een tijdelijke ongeschiktheid.
    • wederaangesteld wordt in geval van een definitieve tijdelijke ongeschiktheid.
    • geherklasseerd wordt in geval van een totale en definitieve ongeschiktheid.

    WEDERAANSTELLING: toekenning van een post van dezelfde functie/rang, en aangepast aan de resterende mogelijkheden van het personeelslid. De wederaanstelling heeft betrekking op gedeeltelijk en definitief ongeschikt personeel.

    HERKLASSERING: toekenning van een post van een andere functie/rang aangepast aan de resterende mogelijkheden. De herklassering heeft betrekking op personeelsleden die volledig en definitief ongeschikt zijn voor hun normale functie.

    Wat gebeurt er concreet na medisch ongeschikt te zijn verklaard?
    1) De ongeschiktheid is tijdelijk
    Tijdens de periode van ongeschiktheid voert u al dan niet aan uw dienstverband gerelateerde taken uit, met inachtneming van de medische beperkingen. Deze termijn wordt de “wederbenuttiging” genoemd. Het personeelslid hervat de normale functies van zodra de medische dienst hem of haar hiervoor geschikt verklaart.

    2) De ongeschiktheid is permanent
    In eerste instantie voert u taken uit die al dan niet verband houden met uw dienstverband, afhankelijk van de medische beperkingen. Dit wordt “wederbenuttiging” genoemd.

    Nadien,
    • Bij gedeeltelijke ongeschiktheid zult u worden wederaangesteld in dezelfde functie/graad, indien mogelijk op uw post. Als dit niet mogelijk is, kan u worden wederaangesteld op een andere post (eventueel in een andere werkzetel).
    • Bij volledige ongeschiktheid en als de medische beperkingen u niet langer toelaten om dezelfde functie uit te oefenen, zult u geherklaseerd worden in een andere functie/graad. In dit geval kunt u genieten van gepersonaliseerde ondersteuning.

    Moet er in de nieuwe benuttiging een proefperiode worden volbracht?
    Er is een proefperiode voorzien voor geherklasseerde personeelsleden.

    Wat houdt gepersonaliseerde begeleiding in?
    Als u (geheel of gedeeltelijk) blijvend ongeschikt wordt verklaard en medische beperkingen u niet langer toelaten om uw functie uit te oefenen, kunt u genieten van gepersonaliseerde ondersteuning. U zult worden uitgenodigd voor een persoonlijk gesprek omtrent de gevolgen van de beslissing.

    Vervolgens wordt er een screening uitgevoerd, zodat er in samenspraak met de betreffende dienst en uzelf een snelle en effectieve oplossing gevonden kan worden. Opgepast, niet ingaan op de uitnodigingen voor de persoonlijke begeleiding kan gevolgen hebben!

    Mag ik ook zelf proactief op zoek gaan naar een andere functie?
    Naast de gepersonaliseerde ondersteuning, bent u vrij om op zoek te gaan naar een nieuwe functie om uw carrière te heroriënteren. U kunt regelmatig de interne jobaanbiedingen raadplegen en zich richten op de vacatures die aan uw verwachtingen voldoen.

    Bezoldiging na medische ongeschiktheid.
    Als de ongeschiktheid tijdelijk is:
    • Ontvangt u 100% van uw wedde.
    • Geniet u niet van de halfjaarlijkse bevordering in graad.
    • Ontvangt u de productiviteitspremies die betrekking hebben op het werk dat u daadwerkelijk uitoefent.
    • Wanneer u opnieuw geschikt wordt bevonden, wordt de eventueel in beraad gehouden bevordering met terugwerkende kracht verleend.
    Als de ongeschiktheid definitief is:

    Tijdens de wederbenutiging:
    • Ontvangt u 90% van uw wedde.
    • Geniet u niet van de halfjaarlijkse bevordering in graad.
    • Ontvangt u de productiviteitspremies die betrekking hebben op het werk dat u daadwerkelijk uitoefent.
    • In geval van wederaanstelling (na de wederbenuttiging) ontvangt u 100% van de wedde die betrekking heeft op uw nieuwe functie/rang.
    • Van zodra u 90 dagen (effectieve werkdagen) onafgebroken heeft gewerkt, wordt een eventueel geblokkeerde bevordering in graad met terugwerkende kracht toegekend.

    In geval van herklassering:
    • Wordt u betaald op basis van de loonschaal van uw nieuwe functie/rang.
    • behoudt u een gegarandeerd minimuminkomen dat gelijk is aan 90% van het loon dat u vóór uw arbeidsongeschiktheid ontving.
    • Van zodra u uw nieuwe functie/rang aanneemt, wordt u opnieuw aan een proefperiode onderworpen. Als deze positief wordt beëindigd, wordt een aanmoedigingspremie uitbetaald bij de regularisatie. Deze bonus komt bedraagt 80% van het loonverlies opgelopen tijdens de wederbenuttiging (maximaal 12 maanden).

    Wat gebeurt er als ik ongeschikt ben voor elke functie?
    Als u minstens vijf jaar in dienst bent, wordt u vervroegd gepensioneerd.
    Als u minder dan vijf jaar in dienst bent, wordt u ontslagen.

    Kan ik op pensioen gesteld worden wegens medische ongeschiktheid?
    U kunt in een ‘wachtkamer’ worden geplaatst en dan alleen worden gepensioneerd als:
    • u afziet van het recht om terug te keren naar het werk en als u minstens 5 jaar in dienst bent;
    • de wederbenuttiging, wederaanstelling of herklassering ondoeltreffende blijken te zijn, en als u minstens vijf jaar in dienst bent;
    • na twee jaar alle herklasseringsmogelijkheden voorgesteld door HR Rail via de persoonlijke begeleiding niet tot een regularisatie in uw nieuwe functie/graad geleid hebben, en u minstens vijf jaar in dienst bent.

    Als uw situatie overeenkomt met een van de bovenstaande punten maar u heeft minder dan vijf jaar dienst, dan valt u onder de toepassing van de ‘neerlegging van de betrekking’.

    Zijn de regels voor medische ongeschiktheid identiek in geval van een arbeidsongeval, een ongeval tijdens het woon-werkverkeer of een beroepsziekte?
    Nee, de regels verschillen afhankelijk van de oorzaak van de arbeidsongeschiktheid.

    Tijdens de wederbenuttiging behoudt u 100% van uw wedde en de normale bevordering in graad. U geniet ook van gepersonaliseerde ondersteuning.

    Bij herklassering ontvangt u een extra vergoeding die overeenstemt met het verschil tussen de totale wedde waarop u recht zou hebben gehad indien u niet ongeschikt zou zijn verklaard, en de wedde van uw nieuwe functie/rang.